Kaeskoppenstad staat weer voor de deur en dus was het dinsdag 30 mei tijd voor een feestelijke borrel in het Kaasmuseum. De organisatie, burgemeester, wethouders: allemaal waren ze aanwezig in de zaal die uitkijkt op het stadsdeel dat in het eerste weekend van juni zal worden omgetoverd in een bonte historische wereld. Maar het 'schrijnwerkersgilde' van Kaeskoppenstad, dat stond buiten, op het Waagplein. Druk met de bouwwerken die daar verrezen. Onder hen bouwmeester Jan Roobeek.

"Het wordt nog wat om hem boven te krijgen," grappen de aanwezigen op de borrel. Want iedereen weet: eigenlijk gaat het vandaag om hem. Maar dat is wel geheim. "Ik kom voor de huldiging," zegt iemand bij de trap beneden. "Sst! Laten we het gewoon een borrel noemen." Door het raam is te zien hoe Roobeek boort aan één van de stellages van Kaeskoppenstad. Naast hem de bekende klokkentoren, de lijnen ietwat vertekend door het oude glas-in-lood van het Waaggebouw.

"Kaeskoppenstad is een feest van vrijwilligers," begint scheidend voorzitter Klaas Kirpensteijn aan zijn toespraak, als Roobeek en de rest van het bouwteam eindelijk naar het museum zijn gekomen. "Zonder vrijwilligers geen Kaeskoppenstad." En die woorden herhaalt burgemeester Anja Schouten, als ze het woord van de voorzitter overneemt. Net daarvoor heeft ze kort kennisgemaakt met zijn opvolgster, Daniëlle Koelemij. "750 vrijwilligers, dat is een berg mensen. Toch wil ik één iemand in het bijzonder noemen. Jan, waar ben je?"

Roobeek staat op dat moment aan het venster, achter in de zaal. Nauwlettend slaat hij de gebeurtenissen buiten gade. Een grote kraan brengt nieuwe onderdelen naar het Waagplein. Maar op de vraag van de burgemeester komt hij dan toch naar voren. Daar strooit de burgemeester met complimenten. "U bent iemand die zich altijd inzet voor de ander. U bent een ongekende meerwaarde voor onze gemeente. U bent mister Kaeskoppenstad."

Het zal Roobeek dan al wel duidelijk zijn geworden: er staat iets bijzonders te gebeuren. Het college heeft besloten hem uit te roepen tot ereburger van Alkmaar, als beloning voor zijn 15-jarige inzet voor Kaeskoppenstad. Op z'n werkkleding - met de verfvlekken er nog op - wordt een sierlijk gouden speldje bevestigd, het ere-insigne van de gemeente Alkmaar. Daarna regent het felicitaties.

Roobeek blijft er bescheiden onder. "Ik ben geweldig trots," zegt hij, om meteen te vervolgen: "We kunnen Kaeskoppenstad nog meer landelijk uitdragen. Er is werk aan de winkel. Je kunt er veel mee!" Het kenmerkt Roobeek, bevestigt de aanstaande voorzitter van Kaeskoppenstad, Daniëlle Koelemij. "Ik woon bij hem in de buurt, ik kom hem geregeld tegen. Hij ís gewoon zo. Bescheiden, altijd aan het werk."

Tegen Alkmaar Centraal vertelt Roobeek dat hij toch wel verrast was door de uitreiking. "Nee, ik zag dit niet aankomen. Vorig jaar zaten wij buiten aan de koude patat en binnen zaten zij aan de borrel," herinnert Roobeek zich. "Toen heb ik gezegd: jullie mogen volgend jaar wel een sateetje aan ons komen brengen. Maar dit had ik niet verwacht nee."
Pin It
Bekeken: 1718x
https://ee.itk.ac.id/data/